Het Piriformis-syndroom

Piriformis

Het Piriformis-syndroom

Het piriformis-syndroom, ook wel diep gluteaal syndroom genoemd, is een neuromusculaire aandoening/conditie. Het ontstaat door compressie van de heupzenuw (nervus ischias) door de piriformisspier, die zich onder de bilspieren bevindt. Dit leidt tot een diepe, intense pijn in het midden en de onderkant van de bil (brandend of stekend), die al dan niet kan uitstralen naar het been en de ­onderrug. Hierdoor wordt de conditie / aandoening vaak verward met ischias die voortkomt uit problemen in de wervelkolom en bekken.

De piriformisspier speelt een belangrijke rol bij de rotatie en stabilisatie van de heup, vooral bij lopen en rennen. Wanneer deze spier overmatig gespannen, verkort of extreem ontwikkeld is, kan het syndroom optreden.

Piriformis of Ischias?

Omdat de symptomen sterk lijken op ischias veroorzaakt door problemen in de heup of rug, en de anatomie van de heup en wervelkolom nauw met elkaar verbonden is, blijft het stellen van een juiste diagnose een uitdaging. De pijn verergert bij langdurig zitten, na intensieve fysieke activiteit, bij het kruisen van de benen, traplopen of hurken.

Onderzoek toont aan dat het piriformis-syndroom verantwoordelijk is voor 5 tot 8% van de gevallen van ischias en vaker voorkomt bij vrouwen (6:1) vanwege anatomische en biomechanische verschillen in het bekken. Ischiaspijn in het algemeen treft ongeveer 40% van de volwassen bevolking (tussen de 30 en 50 jaar).

Bij wie komt het piriformis-syndroom het vaakst voor?

Vrouwen hebben van nature een grotere bekkeninstabiliteit (die ­nodig is voor de groei en geboorte van een baby), wat de kans op zenuw­compressie door de piriformisspier vergroot.

Dit syndroom komt ook vaker voor bij actieve mensen, zoals hardlopers, fietsers en atleten – met name degenen die hun dijbeen naar buiten draaien. Aan de andere kant kunnen mensen die langdurig zitten deze klacht ook ontwikkelen door overmatige druk op de spier. Hoe eerder het syndroom wordt gediagnosticeerd, hoe kleiner de beperkingen en hoe sneller mensen de dagelijkse activiteiten kunnen hervatten.

Het syndroom kan veroorzaakt zijn door een aangeboren anatomische ­variatie. Bij 15 tot 21% van de mensen loopt de heupzenuw niet onder de piriformisspier door, maar erdoorheen of erboven, waardoor het risico op dit syndroom groter wordt. Dit is echter een zeldzamere vorm. De meeste gevallen ontstaan door trauma, overbelasting of slecht uitgevoerde fysieke activiteit zonder voldoende stretching.

Wanneer de zenuw door de spier onder druk wordt gezet, leidt dit tot ontsteking en een verminderde bloedtoevoer naar het door de ­zenuw aangedane gebied. Hierdoor wordt het vaak verward met Ischiaspijn veroorzaakt door een hernia.

Langdurige compressie kan neurologisch functieverlies veroorzaken, zoals verminderde kracht en gevoeligheid in het getroffen gebied.

De symptomen

Omdat de symptomen lijken op die van een hernia, spinale stenose of radiculopathie, zijn beeldvormende onderzoeken soms nodig om andere oorzaken uit te sluiten. MRI en CT-scans zijn nuttig om de anatomie van de piriformisspier te beoordelen. Echografie kan in sommige gevallen helpen, maar is niet het meest geschikte onderzoek. Een zorgvuldig lichamelijk onderzoek blijft cruciaal om de oorzaak vast te stellen.

Een kenmerkend teken van het syndroom is krachtverlies bij het openen en extern roteren van de dij met weerstand. Bij patiënten met het piriformis-syndroom zal dit door de pijn niet goed lukken.

De behandeling

De behandeling omvat spierontspanningstechnieken, acupunctuur en stretching. In ernstigere gevallen kan medicatie nodig zijn en moeten dagelijkse activiteiten worden aangepast. Conservatieve behandelingen geven bij 85-90% van de gevallen goede resultaten.

Als deze therapieën niet werken, kan een arts overgaan op invasievere procedures zoals corticosteroïde- of botulinetoxine-injecties. Als de klachten desondanks aanhouden, kan een operatie worden overwogen om de zenuw te ontlasten en de piriformisspier vrij te maken.
Dit moet zorgvuldig worden afge­wogen vanwege het risico op zenuwbeschadiging.

Hoe Chiropractie kan helpen bij de behandeling

Zoals goed te zien is in figuur 1, ­verbindt de piriformisspier de heupkop met de voorzijde van het heiligbeen. Een verkeerde uitlijning van de heup kan extra spanning op de spier veroorzaken, terwijl overmatige activiteit van de spier de heup uit balans kan trekken.

De chiropractor kan dit identificeren en corrigeren. Vervolgens de spier behandelen en advies geven over het voorkomen van overbelasting en welke soort van rekoefening het Piriformis-syndroom kan voorkomen.

Een spiermassage vóór het sporten helpt bij het activeren van de stofwisseling en proprioceptie (het vermogen om lichaamsdelen in de ruimte te lokaliseren), waardoor het lichaam beter wordt voorbereid op activiteit. Een massage na de inspanning helpt bij het afvoeren van afvalstoffen en bevordert ontspanning en herstel, wat vooral belangrijk is voor topsporters.

Acupunctuur

Acupunctuur kan ook bijdragen aan het herstel, omdat het effectief is bij spier- en gewrichtspijn en helpt bij het normaliseren van lichaamsfuncties. Spieren en pezen zijn respectievelijk verbonden met de milt en de lever, en een energetische balans in deze organen bevordert sneller herstel van de weefsels.

Behandelplan

De behandeling bestaat uit twee fasen na een correcte diagnose:

  1. Correctie van de biomechanische factor die het syndroom veroorzaakt.
  2. Een stretchingprogramma om de zenuw te ontlasten en de spierfunctie te herstellen.

In sommige gevallen kan acupunctuur al in fase 1 worden ingezet om de spanning sneller te verminderen.

Heeft u klachten? Laat u dan snel bij één van onze chiropractoren zien. Het kan erger voorkomen. Een gerichte aanpak kan helpen om de balans te herstellen en je gezondheid terug te winnen.

Wilt u een afspraak maken?

Dat kan via: info@jaspersepraktijkencentrum.nl of bel ons op 0118 – 471 823.